Volledige kroniek van de Nederlandse Soefi historie: Periode van 1915 tot 2016

1928

Op 5 februari is er een Universele Eredienst in het centrum Amsterdam aan de Keizersgracht 580:


Algemeen Handelsblad van 4 februari 1928

 

Dear Mr. & Mrs. van Lohuizen,

Our heartiest congratulations on the birth of your son. We were very happy to hear the good news. His Sufi-name would be Subhan (Subhaan, de klemtoon op ‘haan’) which means ‘Praised One’. We wish all the best luck for the baby and the parents. With all God’s blessings, Maheboobkhan. [1]

 

De opvolgingskwestie doet Van Tuyll besluiten zijn lidmaatschap op te zeggen van het Nationaal Comité.  [2]

Dit jaar trouwt Musharaff Khan met Savitri van Rossem du Chattel (1886 – 1946). In Jironet 2009 lezen we de volgende achtergrondinformatie:

“Savitri was geboren in Leiden, Nederland. Haar vader, Marcus du Chattel, was goudsmid en haar moeder, die Marcus’ tweede vrouw was, was de dochter van een instrumentenmaker. Savitri was het derde kind, maar de twee oudste kinderen waren jong gestorven. Haar vader stierf toen ze 5 jaar oud was en haar moeder toen ze 12 was. Ze ging vervolgens bij haar halfzus wonen, Agnes du Chattel, die toen 21 jaar oud was.
Toen Savitri ongeveer 20 jaar was reisde ze met Agnes naar Zwitserland. In 1908 ontmoette ze Samuel Fridolin Heer, een Zwitserse predikant. Ze trouwden in 1909 en Savitri ging in Matt wonen, waar Samuel toen werkte. In 1910 schonk ze het leven aan hun zoon Jules en in 1913 aan hun dochter Meta. Maar de familie van haar man keurden Savitri af.
In 1917 werd Samuel benoemd aan de Mattheus Kerk in Basel en de familie begon daar een nieuw leven. Savitri hield zich bezig met een studie in de beeldende kunst en ontwikkelde zich tot schilderes en beeldhouwster. Het huwelijk echter was niet gelukkig en het paar scheidde in 1922. Kort daarop deed Savitri twee zelfmoordpogingen en werd naar een kliniek in Lausanne gestuurd.  Toen ze de kliniek verliet, keerde ze terug naar Nederland, haar twee kinderen achterlatend in Zwitserland. Ze zou haar kinderen nooit meer terug zien.
Inayat Khan gaf Savitri haar inwijding en na die tijd bezocht ze regelmatig Suresnes, waar ze actief deelnam aan de zomerschool. Savitri en Musharaff hebben elkaar leren kennen in Suresnes, waar hun vriendschap zich ontwikkelde in een romantische relatie. De broers keurden deze relatie niet goed, omdat ze van menig waren dat Savitri te oud was voor Musharaff (ze was 12 jaar ouder dan hij). Het feit dat ze gescheiden was hielp daarbij niet;  vanuit zowel hun Indiase als Victoriaanse achtergrond, werd haar dit haar verweten. Niettemin, volgend op het overlijden van Inayat Khan in 1927, trouwde Musharaff (toen 33) met Savitri in 1928. Ze verhuisden naar Gent, België, waar ze een soefi centrum stichtten dat snel floreerde.
In de vroege jaren ’30 gingen Musharaff en Savitri in Rueill wonen, vlak bij Suresnes, waar ze een huis lieten bouwen in Noord Afrikaanse stijl. (…) De volgende 10 jaren waren erg vredig en gelukkig voor Musharaff en Savitri (…) [3]

 

In de maanden juli en augustus vindt in Suresnes de maandelijkse Zomerschool plaats. In 1927 was deze niet doorgegaan in verband met het overlijden van Hazrat Inayat Khan. Het is de eerste zomerschool met de nieuwe leider Maheboob Khan de jongere broer van Inayat. Op de groepsfoto zien we vele Nederlanders: Saida van Tuyll  van Serooskerken, de familie Maheboob Khan – van Goens, Wazir van Essen, Fatima Cnoop – Koopmans, Salima van Braam, het echtpaar de Vries Feyens, Shanavaz van Spengler en anderen.

 

De Siraj (Mr. Van Stolk) had aangeboden een zaal te laten bouwen in de tuin van zijn huis, maar kreeg hiervoor geen toestemming van de gemeente. [4] Mogelijk heeft dit plan te maken met het dreigende vertrek van Van Tuyll uit de Beweging.

Uiteindelijk wordt het tweede Haagse centrum gevestigd in het pand van de ‘Royal Engineers Building, Prinsessegracht 23. Er is in dit pand een ruime zaal die plaats biedt aan 120 personen. Diensten zullen geleid worden door de cherag(a)s de heer en mevrouw Eggink en de heer Van Spengler. Er is in dit jaar zelfs sprake van de oprichting van een derde centrum.  [5]

Prinsessegracht 23 Den Haag

Tijdens een vergadering van het Internationale Comité in Geneve rapporteert Sirdar van Tuyll over de situatie in Nederland. Er blijken dit jaar 14 nieuwe mureeds bijgekomen te zijn, wat het totaal brengt op 139. In Den Haag, Amsterdam, Rotterdam, Delft, Arnhem, Utrecht, Amersfoort, Deventer en Laren worden wekelijks Gatha klassen gehouden. In de grote centra soms zelf 2 of 3 maal per week. Hier worden ook Universele Erediensten gehouden, met uitzondering van Den Haag waar men niet beschikt over een geschikte zaal.

Actrice Pine Belder geeft een succesvolle uitvoering van het toneelstuk ‘The Living Dead’ in Amsterdam.

Het centrum Amsterdam organiseert een Universele Eredienst in hun pand aan de Keizersgracht 580:


Algemeen Handelsblad van 24 november 1928

 

Op 16 november vertrekken Maheboob, Ali, Begum en de vier kinderen vanuit Marseille naar India om het graf van Inayat Khan te bezoeken in New Delhi. De reis voert via Malta en Port Said naar India. Rond 30 november komt de familie in Bombay aan. Het verblijf zal duren tot april.

BERICHT VAN DE FAMILIE VAN PIR-O-MURSHID.
Marseille. 16 november. 1928. Aan de vooravond van ons vertrek op de bedevaart naar India, sturen we onze beste wensen naar alle vrienden en medewerkers en alle mureeds van Pir-O-Murshid, en we dragen hun kostbare gedachten van liefde en  toewijding met ons mee naar het heilige graf . Moge Gods zegen met u allen zijn voor de komende kerst en het gehele nieuwe jaar. (Getekend) Maheboob Khan.

In de Sufi Record van Oktober 1928 lezen we:

Het zal een grote vreugde zijn voor alle mureeds om te vernemen dat de familie van Pir-O-Murshid het graf van onze geliefde Meester in India, nabij Delhi, is gaan bezoeken. De groep bestond uit de Algemeen Vertegenwoordiger Maheboob Khan, Ali Khan, de Begum Inayat Khan en de vier kinderen: Noor-un-Nissa van veertien, Vilayat van twaalf, Hidayat van elf en Khair-un-Nissa van acht jaar. Ze vertrokken op 16 november vanuit Marseille met de S.S. Kaisar-i-Hind van de P. & O. Line, die over ongeveer veertien dagen in Bombay zouden landen; van daaruit verwachtten ze rechtstreeks naar Delhi te gaan. We kunnen alleen in onze verbeelding de sluier van een meelevende stilte over dat heilige tafereel bij het graf trekken.

The Family in Suresnes vlak voor hun afreis naar India.
v.l.n.r.: Khairunissa, Fazal Mai Egeling, Vilayat, Eqbal Dauwla van Goens,
Maheboob met Mahmood op schoot, Noorunissa, Hidayat, Ali, Shadbiy met Raheema op schoot

 

Op 9 december spreekt Louis Salamat Hoyack in het Centrum Rotterdam over het onderwerp  ‘Godsdienst’. Blijkbaar heeft het centrum op dat moment een ruimte beschikbaar op het adres Scheepmakershaven 27b. Tijdens het bombardement op Rotterdam in de oorlog is de oudbouw van deze straat verloren gegaan.